schaap



Illustratie: Marina




Voor Trudy

in hetzelfde schuitje

Marina



"De slechtste tijd om vader te worden
is 18 jaar voor een oorlog"   

Elwyn Brooks White

Eierschild

Foto: Marina



ezelsbrug3

Idee & tekening: Pepijn (9 jaar)
samen bewerkt met zijn moeder Marina




kopstoot

Marina





notebook


Marina


"Once confined to fantasy and science fiction,
time travel is now simply an engineering problem"

Michio Kaku (2003)


Factchecker goes timetraveling



U gebruikt een internetbron. Mag dat? Dat is de vraag die kermisexploitant Christian stelt aan een ieder die zich aangesproken voelt. Voor een antwoord zou ik maar wat graag naar de toekomst reizen. De controverse voorbij

Ik stel me voor: het is 2030. Aldaar blijkt het probleem niet zozeer te zijn of je in 2011 een (internet)bron mocht gebruiken, maar of betreffende bron in de toekomst een bron zou blíjven. En als dat niet in de verwachting lag, hoe men er dan voor zou kunnen zorgen dat de bewuste bron (in welke vorm dan ook) de toets der tijd zou kunnen doorstaan.

Bij mij doemt het beeld op van VOC-schepen die op volle zee vergingen en op de zeebodem terecht kwamen. Deze schepen zijn anno 2011 een rijke bron van informatie. Maar de exemplaren die op de rotsen te pletter sloegen, vielen uiteen in niet meer aan elkaar te lijmen (te reconstrueren) brokstukken. En zo gaat het wellicht ook met onze artikelen, rapporten of andere belangwekkende stukken. Als je wilt dat  je nageslacht er onderzoek naar kan doen dan maak je daar meer kans op als de bronnen mee gearchiveerd zijn. Als je er één geheel van maakt, laat je generaties na jou niet eindeloos speuren naar (brok)stukken in het informatieuniversum. Hoe leuk zo'n "baan" als fact checker me ook lijkt te zijn :-)


tijdreis

Marina



waar is hier de hoofdingang?


Illustratie: Marina




botsing

Where Mario meets Peach
they have a headache each


Marina



Pink Cloud Computing


Illustratie: Marina



pilonnetje


Toen pilonnetje geboren werd, was hij nog heel klein. Er ging geen dag voorbij of hij werd ouder, maar vergeleken met zijn medepilonnetjes bleef hij klein. Zorgwekkend klein, begreep hij uit de reacties om hem heen. Na school wachtten zijn klasgenootjes hem op. Ze gooiden hem dan in de lucht en riepen: “Pilonnetje is een kleintje, pilonnetje is een kleintje“ gevolgd door het kleinerende "Na, na, na, na, na". Pilonnetje ging er best wel onder gebukt dat hij blijkbaar groter zou moeten zijn dan hij was. En dat maakte hem er bepaald niet reusachtiger op. 

Pilonnetje vroeg zich af hoe hij groter zou kunnen lijken en zocht naar voorbeelden in zijn omgeving. Zijn papa, mama, broers en zussen verschenen altijd als glinsterende, grote pilonen aan het ontbijt. In vol ornaat gingen ze dan naar hun werk, de sauna en de supermarkt enzo. Maar in het holst van de nacht  - als zij zich onbespied waanden - bleken ze al net zo klein te zijn als hij. Zo niet kleiner! Dát bracht pilonnetje op een idee. Op een dag tippelde hij stoutmoedig de slaapkamer van zijn ouders binnen. Vóórdat hij zich kon bedenken, griste hij een prachtige grote pilon uit hun verkleedkast. Vliegensvlug zette hij 'm over zijn eigen oranje-wit-gestreepte heen. Pilonnetje kreeg het daar best benauwd van. “Liever benauwd dan gepest”, hoorde hij zichzelf gesmoord weerklinken. En hij zwoor dat hij zijn prachtpilon nooit meer af zou zetten.

De strategie van pilonnetje leek te werken. Zijn klasgenootjes waren nogal onder de indruk van al het geschitter en wilden net zo zijn als hij. Zelfs zijn vader en moeder leken nu meer oog voor hem te hebben en zeiden:  “We wisten dat je het in je had”. Toch knaagde er iets onder al het uiterlijk vertoon. Elke keer als iemand zei dat pilonnetje zo’n mooie, grote pilon was, kon hij het compliment eigenlijk niet echt serieus nemen. Hij hoorde zichzelf dan zachtjes protesteren: “Pilonnetje is een kleeeeeintje”. Om zijn gemor te overstemmen bleef pilonnetje verlangen naar oorverdovend applaus. Hij wilde zoooooooooveel bewondering dat hij uiteindelijk ook zelf zou geloven dat hij best heel erg groot en prachtig was en “zie je wel” zou kunnen zeggen. Tegen wie wist hij zelf eigenlijk ook niet.

Op een dag hielden de complimenten op. Schitterende pilonnen waren uit. Pilonnetje had de zijne best in willen wisselen voor een ander sociaal gewenst exemplaar, maar dat lukte hem niet. Inmiddels was hij zo vergroeid geraakt met zijn grote pilon dat hij deze echt niet zonder kleerscheuren in kon ruilen.
Nu niemand meer zijn kant op keek, kon hij pas zien wat hij al die tijd had willen verstoppen: hij was niet groot genoeg geweest om toe te geven dat hij eigenlijk nog heel klein was. Maar nu hoef ik me voor niemand meer groot te houden”, sprak pilonnetje zichzelf bemoedigend toe. Hij had deze heldhaftige zin nog niet helemaal uitgesproken of zijn grote pilon begon al scheuren te vertonen.

En pilonnetje groeide nog lang en gelukkig. 

Verhaal en illustratie: Marina